Kameroen: ‘Klein Afrika’, alle natuursoorten in één

Politieke situatie

Sinds zijn onafhankelijkheid in 1960 is Kameroen geëvolueerd van een federale naar een unitaire republiek. Die evolutie is nog altijd niet voltooid en zorgt voor spanningen. Dat is het gevolg van de grote stamdiversiteit, de religieuze verscheidenheid en de geschiedenis van het land. De officiële talen zijn Frans en Engels.

Socio-economische situatie

Kameroen leeft voornamelijk van de landbouw. Het exporteert o.m. koffie, cacao, ananas, katoen, olie, aluminium en hout. Tot voor enkele jaren ontwikkelde de informele sector zich zeer goed, vooral in de stedelijke centra. Op het platteland konden de meeste boeren voorzien in de behoeften van hun eigen gezin of familie. Tot het land geteisterd werd door vijf opeenvolgende bedreigingen.

Een grote crisis met vijf oorzaken

1. De Nigeriaanse terreurorganisatie Boko Haram voert al meer dan vijf jaar aanvallen uit in het noorden van het land. Hierdoor zijn vele Kameroense bevolkingsgroepen naar andere plaatsen en regio’s van het land getrokken. Er is ook een massale toestroom van vluchtelingen uit Nigeria.

2. In het Engelstalige noordwesten en zuidwesten van Kameroen wordt al meer dan 6 jaar een conflict uitgevochten. Gevolg: massale verplaatsing van veel Kameroense mensen naar andere plaatsen en regio’s van het land en naar buurland Nigeria.

3. Door de langdurige burgeroorlog in de Centraal-Afrikaanse Republiek verblijven er in het oosten van het land nog een groot aantal vluchtelingen in kampen.

4. Covid-19

5. De oorlog tussen Oekraïne en Rusland zorgt voor een nijpend tekort aan brandstof, gas, tarwe en bouwmaterialen.

Harde tijden voor de Kerk

Gezinnen worden hard getroffen door de crisis. Ze hebben het erg moeilijk om rond te komen. 

Omdat er minder giften gegeven worden, heeft de Kerk het ook moeilijker. Het levensonderhoud van de priesters is drastisch verminderd. Vooral in de stedelijke periferie en op het platteland, waar de specifieke kerken over minder middelen beschikken.

In het noordwesten en het zuidwesten, in het noorden en het hoge noorden van het land hebben de priesters het moeilijk om hun werk te doen. Gewapende groepen en bendes maken de wegen en paden te gevaarlijk om te reizen.

Materiële hulp is nodig voor de vorming van priesters en leken, voor de verspreiding van het geloof in gebieden waar het onrustig en onveilig is en voor de opvang van kinderen die slachtoffer zijn van het geweld en de politiek-economische crisis.

Enkele gegevens:

• 475.442 km2 (15,5 keer groter dan België)

• 26.097.000 inwoners (2,25 zo veel als België)

• 240 etnische groepen en 240 talen

• vier grote subgroepen:

– Pygmeeën (inheemse bevolkinsgroep)

– Bantoe

– semi-Batu

– Soedanezen